de | wereld | in | gedichten
ramon | kool

Zij was alles

In haar armen
doorzag ik het geheel
haar ogen,
strak van stijl en wijsheid
wezen me naar het alles

Ze gloeide
en water stroomden
langs haar wangen tot rivieren,
eindigend in prachtige oceanen

Ze was reusachtig
veel groter dan
ooit tevoren
maar nooit veel kleiner dan toen

In haar armen
draaide ik me duizendmaal rond
ze overgoot me
met een deken van
rust en chaos

Ze keek me aan
met gesloten ogen
zij hoefden niet te kijken
om te kunnen zien
zij was het alles

En ik was slechts een schim
van haar werkelijk geworden verbeelding